Duurzamer eten in 2026
In 2026 beginnen we bij Land van Horne met het serveren van duurzamer eten. Daniëlle van de Laar (beleidsadviseur), Rob Gijsen (manager facilitaire zorg & dienstverlening) en Tillie Broods (voorzitter centrale cliëntenraad) vertellen wat dit betekent en wat cliënten ervan merken.
Wat betekent duurzamer eten?
Daniëlle: “Dit betekent dat we bewuste keuzes maken in de voeding die we aanbieden. Daarnaast beperken we de verspilling van voedsel zoveel mogelijk. Komend jaar kopen we meer seizoensgebonden in en serveren we minder dierlijke producten, zoals vlees, vis en zuivel. In plaats daarvan voegen we meer plantaardige producten toe zoals peulvruchten, noten en sojaproducten.”
Waarom duurzamer eten?
Daniëlle: “We willen de impact van onze zorg op het milieu verminderen. Door meer plantaardige producten te serveren, belasten we het milieu minder. Onderzoek toont aan dat we in westerse landen meer dierlijke producten eten dan nodig is voor onze gezondheid. Vroeger aten mensen één keer per week vlees als luxeproduct, nu soms meerdere keren per dag. Dat kan anders.”
Wat gaat er veranderen?
Rob: “Duurzamer eten betekent niet dat wij gaan bepalen wat cliënten eten. We blijven vlees en vis serveren, maar in mindere mate, en zoeken naar duurzamere alternatieven. Ons doel is om in 2026 maximaal 50% aan dierlijke producten te gebruiken. We vervangen dierlijke producten door plantaardige, zoals: in de à la crème groentegerechten, mayonaise, yoghurt, vla’s of room. En we gebruiken minder vlees of vis. Denk aan een macaroni zonder gehakt, maar met een kleine hoeveelheid chorizo en meer groenten en champignons. Of een gehaktbal deels gemaakt van vlees en deels van soja. We zoeken naar nieuwe volwaardige maaltijden die smaakvol en gezond zijn. Want het eten moet lekker blijven en het genieten blijft voorop staan.”
Wie gaan iets merken van dit project?
Rob: “Op onze locaties en in onze gasterijen gaan we hiermee aan de slag. Voor revalidanten en mensen met de ziekte van Huntington passen we de voeding om medische redenen niet aan.”
Hoe kijkt de centrale cliëntenraad naar duurzamer eten?
Tillie: “Het is dubbel. We weten dat verduurzamen belangrijk is en staan hierachter. We willen daarom waar het kan veranderen voor cliënten, want eten en de eigen gewoonte zijn belangrijk voor een fijne dag. Na een proeverij van plantaardige yoghurt, toetjes en ijsjes zien we dat kleine veranderingen de smaak niet aantasten en alternatieven zelfs lekkerder zijn. Onze focus blijft dat cliënten met smaak kunnen eten en de wens voorop staat.”
Hoe wordt de stem van de cliënt meegenomen?
Daniëlle: “Alles wat we nieuw introduceren, doen we via een proeverij met cliënten. Als iets niet lekker is, dan zoeken we andere alternatieven. Zo komen we samen tot lekkere, gezonde en duurzame maaltijden.” Tillie: “De centrale cliëntenraad is bij het hele project betrokken en cliënten kunnen hun mening geven via de lokale cliëntenraden.”