De heer van Hoof, bewoner kleinschalige woongroep: "Er is nog zóveel moois om voor te leven"
Geboren Brabander voelt zich thuis in Martinus. Ook als de jaren gaan tellen en je gezondheid brozer wordt, wil je als mens graag jezelf blijven en kunnen genieten. Omdat we die wens bij Land van Horne bloedserieus nemen, laten we cliënten zoveel mogelijk het leven leiden dat ze gewend zijn. Mensen zoals Tom van Hoof (77) voor wie het glas ondanks zijn lichamelijke beperkingen halfvol is. Na een herseninfarct voelt de geboren Eindhovenaar zich helemaal thuis in de kleinschalige woongroep van Martinus in Weert.
Je zult hem niet gauw horen klagen. Oké, hij loopt niet meer als een kievit. En ja, ook het praten en lezen gaat moeilijker. Maar niet getreurd. In de herfst van het leven richt Tom zijn aandacht liever op wat hij nog wél kan. "Er is nog zóveel moois om voor te leven", zegt hij, wijzend naar het geboortekaartje voor hem op tafel.
Thuis in Limburg
Met een brede glimlach worden we ontvangen in zijn appartement. Op de achtergrond schalt Bohemian Rhapsody van Queen uit de speaker. "Muziek betekent heel veel voor mij", zo begint hij zijn verhaal. "Je gelooft het misschien niet, maar ik ben al jaren fan van Metallica. Toen ik nog goed ter been was, ging ik regelmatig naar hun concerten. Maar ik hou ook van andere stijlen. Adèle, Doe Maar, Rowwen Hèze, zelfs de Snollebollekes kan ik waarderen. Ik heb een brede smaak." Dan met een knipoog: "Natuurlijk zet ik de radio niet te hard. Net als vroeger in Eindhoven en later in Geldrop, Altweerterheide en Stramproy heb ik ook hier buren."
Tom van Hoof zit op z'n plek in Martinus. De geboren Brabander heeft er zijn eigen kamer met uitzicht op de Emmasingel waar het bruist van het leven. Een gezellig ingerichte ruimte waar hij muziek luistert, slaapt, bezoek ontvangt en TV kijkt. "Ik heb een abonnement zodat ik naar Formule 1 en naar PSV kan kijken. Ik mag dan in Limburg wonen, in mijn hart blijf ik toch een Brabander", schatert Tom. "Gelukkig kunnen ze hier ook carnaval vieren. Ik kijk nu al uit naar februari als door deze straat de grote optocht voorbijtrekt."
Puur geluk
Als hij behoefte heeft aan een praatje, hoeft hij de voordeur maar te openen. Pal naast zijn kamer bevindt zich het sociale hart van de groepswoning. De ruimte waar acht bewoners samen eten, tv kijken, of een spelletje doen. Cliënten zoals Tom die vanwege lichamelijke klachten weliswaar dagelijks zorg nodig hebben, maar voor de rest graag hun eigen leven willen leiden. Het leven dat ze gewend zijn en waar ze gelukkig van worden. De ene keer met elkaar, de andere keer alleen. "Meestal eet ik samen met de andere bewoners. Soms ga ik naar Gasterij De Mantel, het restaurant bij de ingang. Bijvoorbeeld voor een lekkere pasta of een frietje met een bamibal. Daar kan ik écht van genieten. Net als van voetbal op tv overigens. Wedstrijden van PSV kijk ik het liefst in alle rust alleen op mijn kamer, het WK is natuurlijk veel leuker om samen te kijken. Ik kan hier zelf bepalen wat ik doe. Lekker buiten in de tuin zitten. Gezellig koffiedrinken met mijn dochters Renée en Robin. Samen even een broodje halen in de stad. De kleine dingen, daar word ik blij van."
Opa Tom
De zorg in Martinus is geweldig, zo orakelt de geboren Brabander verder. "Alles wordt voor mij geregeld, ik hoef niet zelf te koken en ook de was wordt gedaan. Verder ga ik elke week naar de beweeggroep om mijn spieren soepel te houden en zit ik een activiteitengroepje met andere heren. Nu ik klaar ben met de logopedie helpt een vrijwilligster me met taaloefeningen. Ik heb vaak moeite om de juiste woorden te vinden", zegt Tom die zijn helpers bij Land van Horne uit dankbaarheid regelmatig trakteert op een Chokotoff.
Zelf kreeg Tom afgelopen najaar een cadeau waar hij nu nog steeds beduusd van is. "Op 8 september belde mijn dochter Renée vanuit Rotterdam om me te vertellen dat ik opa was geworden. Nog diezelfde dag stond ik daar in het ziekenhuis met mijn kleindochter in de armen. Het voelde geweldig. Tess, heet ze. Een prachtig meisje. Ik kan niet wachten tot ze weer op bezoek komt."
Tekst geschreven door Bas Poell
Fotografie door Marieke Zentjes